Mijmerend bij mijn boekenkast

Als ik de laatste drie regels lees weet ik zeker dat ik ze morgenochtend bij het opstaan nog hoor nagalmen. Komt het door de inversie in de regels 7 en 8, of is het wellicht toch het stokkende ritme dat ervoor zorgt dat die laatste strofe nooit uit mijn hoofd verdwijnt?
Meer weten over deze uitgave uit 1937 of de reden waarom ook deze 2e druk eigenlijk betrekkelijk zeldzaam is? Lees erover in C. van Dijk, Alexandre A.M. Stols 1900-1973 : uitgever typograaf, Zutphen 1992.
En voor degenen die meenden hier opnieuw iets te lezen over digitale bibliotheken, kan ik melden dat het handschrift van dit vers is te vinden op DBNL.
0 Comments:
Een reactie posten
<< Home